Diabetes is een ziekte die invloed heeft op de manier waarop je lichaam suiker gebruikt. Als je diabetes hebt, ongeacht het type, betekent dit dat je te veel suiker in je bloed hebt en dit kan leiden tot ernstige gezondheidsproblemen.
Er zijn 3 soorten diabetes. Prediabetes is wanneer uw bloedsuiker hoog is, maar niet hoog genoeg om te worden gediagnosticeerd met diabetes. Diabetes type 1: uw lichaam maakt helemaal geen insuline aan en u moet uzelf elke dag insuline toedienen om te kunnen leven. Type 2 diabetes, je lichaam maakt insuline aan, maar niet genoeg om je bloedsuiker binnen de normale grenzen te houden.
Er zijn 3 tests die worden gebruikt om diabetes vast te stellen en iedereen boven de 45 jaar of met een body mass index van meer dan 25 moet een van deze tests bij hun arts aanvragen.
De 1e test is een nuchtere glucose die precies is wat het zegt, na 8 uur niets te hebben gegeten of gedronken; je laat je bloedsuiker meten. Een normale nuchtere bloedsuikerspiegel is minder dan 100. Als het tussen 100 en 125 is, wordt u geacht prediabetes te hebben. Is het hoger dan 126, dan krijgt u de diagnose diabetes.
De 2e test is een hemoglobine A1C. Deze bloedtest geeft het gemiddelde van uw bloedsuiker over 3 maanden. U hoeft voor deze test niet te vasten en hij kan op elk moment worden gedaan. Een normaal hemoglobine A1C-niveau is minder dan 5,7 procent. De diagnose prediabetes wordt gesteld als uw hemoglobine A1C 5,7 – 6,4 procent is. Als het hoger is dan 6,5 procent, dan heeft u diabetes.
De 3e test is een orale glucosetolerantietest. Bij deze test laat u een nuchtere bloedsuikerspiegel meten, drinkt u een suikerhoudende drank en herhaalt u uw bloedsuikerspiegel na 2 uur. Als uw bloedsuikerspiegel na 2 uur tussen 140 en 199 ligt, hebt u prediabetes. Als uw bloedsuikerspiegel hoger is dan 200, heeft u diabetes.
Ik weet dat ik u een hoop getallen heb voorgehouden, maar maakt u zich geen zorgen. Hier is een eenvoudig schema om u te helpen deze tests en getallen te onthouden:
Test | Normaal | Pre-Diabetes | Diabetes |
Vaststelling bloedsuiker | Lager dan 100 mg/dl | 100 -125 mg/dl | Groter dan 126 mg/dl |
HemoglobineA1c | Lager dan 5.7% | 5,8% -6,5% | Groter dan 6,5% |
2 uurs. Orale glucosetest | minder dan 140 mg/dl | 140 – 200 mg/dl | Groter dan 200 mg/dl |