Dwight D. Eisenhower, de 34e president van de Verenigde Staten en een van de meest gewaardeerde Amerikaanse generaals uit de Tweede Wereldoorlog, overlijdt in Washington, D.C., op de leeftijd van 78.
Geboren in Denison, Texas, in 1890, studeerde Eisenhower af aan de United States Military Academy in 1915, en na de Eerste Wereldoorlog klom hij gestaag op in de vredestijd gelederen van het Amerikaanse leger. Na de intrede van de V.S. in de Tweede Wereldoorlog werd hij benoemd tot bevelvoerend generaal van het Europese operatiegebied en hield hij toezicht op de Amerikaanse troepen die zich in Groot-Brittannië verzamelden. In 1942 kreeg Eisenhower, die nog nooit het bevel over troepen in het veld had gevoerd, de leiding over Operatie Torch, de Engels-Amerikaanse landingen in Marokko en Algerije.
Als opperbevelhebber van een gemengde troepenmacht van geallieerde nationaliteiten, diensten en materieel, ontwierp Eisenhower een systeem van verenigd commando en won snel het respect van zijn Britse en Canadese ondergeschikten. Vanuit Noord-Afrika leidde hij met succes de invasies van Tunesië, Sicilië en Italië, en in januari 1944 werd hij benoemd tot opperbevelhebber van Operatie Overlord, de geallieerde invasie van Noordwest-Europa. Hoewel Eisenhower veel van de specifieke planning voor de feitelijke geallieerde landing in handen liet van zijn capabele staf, zoals de Britse veldmaarschalk Montgomery, fungeerde hij zowel voor als na de succesvolle invasie als een briljant organisator en bestuurder.
Na de oorlog was hij korte tijd president van Columbia University voordat hij in 1951 terugkeerde naar militaire dienst als opperbevelhebber van de gecombineerde land- en luchtstrijdkrachten van de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie (NAVO). De druk op Eisenhower om zich kandidaat te stellen voor het presidentschap van de VS was echter groot en in het voorjaar van 1952 gaf hij zijn NAVO-bevel op om zich kandidaat te stellen voor het presidentschap van de Republikeinen.
In november 1952 behaalde “Ike” een klinkende overwinning in de presidentsverkiezingen en in 1956 werd hij herkozen in een verpletterende verkiezingsoverwinning. Als populaire president zag hij toe op een periode van grote economische groei in de Verenigde Staten en loodste hij het land behendig door de toenemende spanningen van de Koude Oorlog op het wereldtoneel. In 1961 trok hij zich met zijn vrouw, Mamie Doud Eisenhower, terug op zijn boerderij in Gettysburg, Pennsylvania. Hij stierf in 1969 en werd begraven op een familiegraf in Abilene, Kansas.