(Bijgewerkt op 11 januari 2017)
Op 11 januari 1922 werd insuline voor het eerst gebruikt bij de behandeling van diabetes.
Insuline werd in 1921 ontdekt door Sir Frederick G Banting (foto), Charles H Best en JJR Macleod aan de universiteit van Toronto en vervolgens gezuiverd door James B Collip.
Vóór 1921 was het uitzonderlijk dat mensen met diabetes type 1 langer dan een jaar of twee leefden. Het is een van de grootste medische ontdekkingen van de twintigste eeuw en is vandaag de dag nog steeds de enige effectieve behandeling voor mensen met diabetes type 1.
Meer informatie over de ontdekking van insuline.
Eerste succesvolle toepassing
Op 11 januari 1922 kreeg Leonard Thompson, een 14-jarige jongen met diabetes, die op sterven lag in het Toronto General Hospital, de eerste injectie met insuline toegediend. Het extract was echter zo onzuiver dat Thompson een ernstige allergische reactie kreeg, en verdere injecties werden geannuleerd.
De volgende 12 dagen werkte James Collip dag en nacht aan de verbetering van het ossenpancreas extract, en op 23 januari werd een tweede dosis geïnjecteerd. Dit was volledig succesvol, niet alleen in het hebben van geen duidelijke bijwerkingen, maar in het volledig elimineren van het glycosurie teken van diabetes.
Een dramatisch moment
Kinderen die stierven aan diabetische ketoacidose (DKA) werden op grote afdelingen gehouden, vaak met 50 of meer patiënten op een afdeling, meestal comateus. Rouwende familieleden waren vaak aanwezig, in afwachting van de (tot dan toe onvermijdelijke) dood.
In een van de meer dramatische momenten van de geneeskunde gingen Banting, Best, en Collip van bed tot bed, en injecteerden een hele afdeling met het nieuwe gezuiverde extract. Voordat ze het laatste stervende kind hadden bereikt, ontwaakten de eerste kinderen uit hun coma, tot vreugde van hun families.
|
|
|