Machine Tekenen
Bekijkingsvragen
A. Spantang
B. Grote diameter
C. Kleine diameter
D. Tolerantie
4-2. Bij welke dimensioneringsmethode worden de minimum- en maximummaten aangegeven?
A. Bilateraal
B. Limiet
C. Metrisch hoekprofiel
D. Eenzijdig
4-3. Welke van de volgende termen beschrijft een oppervlak, lijn, of punt van waaruit een meetkundige positie moet worden bepaald?
A. Referentiepunt
B. Sleuf
C. Schakelaar
D. Tatum
4-4. Welk kenmerk in een gietstuk verhoogt de sterkte van een metalen hoek?
A. Lijst
B. Spiezitting
C. Schuif
D. Sleuf
4-5. Welk kenmerk beschrijft een gleuf of groef aan de buitenkant van een onderdeel waarin de sleutel past?
A. Vijlen
B. Sleuven en schuiven
C. Sleutel
D. Sleutelgat
4-6. Welk deel van een schroefdraadnummer geeft de nominale of buitendiameter van een schroefdraad aan?
A. De eerste
B. De tweede
C. De vierde
D. De letteraanduiding
4-7. Welke van de volgende schroefdraadreeksen worden het meest gebruikt?
A. Europees Grof en Europees Fijn
B. Europees grof en nationaal standaard
C. Nationaal grof en nationaal fijn
D. Nationaal metrisch en nationaal standaard
4-8. Welke van de volgende termen onderscheidt schroefdraad van elkaar door de hoeveelheid tolerantie en/of toeslag die gespecificeerd is?
A. Klasse van spoed
B. Klasse van schroefdraad
C. Nationale norm
D. Draadsteek
4-9. Welke van de volgende termen beschrijft het oppervlak van de schroefdraad dat overeenkomt met de kleine diameter van een buitenschroefdraad en de grote diameter van een binnenschroefdraad?
A. Buitendraad
B. As
C. Kuif
D. Wortel
4-10. Welke van de volgende termen beschrijft de grootste afmeting van de uitwendige of inwendige schroefdraad?
A. Nok
B. Grote diameter
C. Kleine diameter
D. Spoed
4-11. Welke van de volgende definities beschrijft de term spoed?
A. De afstand die een schroefdraad aflegt bij één draai, parallel aan de as
B. De afstand van de schroefdraad gesneden van de top tot de wortel
C. De afstand van de spoed van de schroefdraad tot de wortelafmeting
D. De afstand tussen buitendraden
4-12. Welke van de volgende termen definieert de afstand van de wortel van de schroefdraad tot de top, wanneer deze loodrecht op de as wordt gemeten? Diepte
B. Helix
C. Lood
D. Pitch
12
4-13. Bij het schetsen van tandwielen op een machinetekening, hoeveel tanden worden er getekend?
A. Een kwart
B. De helft
C. Genoeg om de benodigde afmetingen te bepalen
D. Alle
4-14. Welke van de volgende termen drukt het aantal tanden op het tandwiel uit gedeeld door de steek van de diametraal? Spoeddiameter
B. Buitendiameter
C. Aantal tanden
D. Addendumcirkel
4-15. Welke van de volgende termen beschrijft de denkbeeldige cirkel die de tanden in boven- en onderland verdeelt?
A. Addendum cirkel
B. Chordale toonhoogte
C. Cirkelvormige toonhoogte
D. Spoedcirkel
4-16. Welke van de volgende termen beschrijft de denkbeeldige cirkel over de toppen van de tanden?
A. Addendumcirkel
B. Chordale toonhoogte
C. Cirkelvormige toonhoogte
D. Spitscirkel
4-17. Speling is de marginale ruimte tussen de bovenkant van een tand en welk ander onderdeel?
A. Aangrenzende tand
B. Tandwielas
C. Onderkant van de tand op het tegenoverliggende tandwiel
D. Bovenkant van de tand op het contra-tandwiel
4-18. Met welke term wordt het werkoppervlak van de tand boven de steeklijn aangeduid?
A. Addendum
B. Dedendum
C. Gezicht
D. Dikte
4-19. Welke term beschrijft de tanduitsnijdingen in lineaire tandwielen of tandheugels? Steekcirkel
B. Werkdiepte
C. Tandheugelvlak
D. Tandheugeltanden
4-20. Wat zijn de drie classificaties van schroefveren?
A. Samendruk-, uitrek- en dubbele
B. Samendrukking, uitrekking en torsie
C. Enkel, dubbel en drievoudig
D. Enkel, uitzetting en torsie
4-21. Welk type lijn wordt gebruikt om veren op een tekening weer te geven?
A. Gebroken
B. Gebogen
C. Spiraal
D. Recht
4-22. Welke norm wordt gebruikt voor afwerktekens?
A. ANSI 32.9-2006
B. ASME 14.3M
C. ASME B46.1-2009
D. IEEE 3009
4-23. Welk van de volgende symbolen wordt gebruikt om de graad van oppervlakteafwerking aan te geven? Vinkje
B. Parenthese
C. Rechthoek
D. Driehoek
4-24. Op een afwerkingssymbool geeft het getal de afwerkingsgraad aan tot op welke hoogte, in inches?
A. Tienden
B. Honderdsten
C. Duizendsten
D. Millionths
4-25. Welke norm heeft de Amerikaanse industrie voor de vervaardiging van blauwdrukken vastgesteld?
4-20. Wat zijn de drie classificaties van schroefveren?
A. Samendruk-, uitrek-, en dubbele
B. Samendrukking, uitrekking en torsie
C. Enkel, dubbel en drievoudig
D. Enkel, uitzetting en torsie
4-21. Welk type lijn wordt gebruikt om veren op een tekening weer te geven?
A. Gebroken
B. Gebogen
C. Spiraal
D. Recht
4-22. Welke norm wordt gebruikt voor afwerktekens?
A. ANSI 32.9-2006
B. ASME 14.3M
C. ASME B46.1-2009
D. IEEE 3009
4-23. Welk van de volgende symbolen wordt gebruikt om de mate van oppervlakteafwerking aan te geven? Vinkje
B. Parenthese
C. Rechthoek
D. Driehoek
4-24. Op een afwerkingssymbool geeft het getal de afwerkingsgraad aan tot op welke hoogte, in inches?
A. Tienden
B. Honderdsten
C. Duizendsten
D. Millionths
4-25. Welke norm heeft de Amerikaanse industrie aangenomen voor de vervaardiging van blauwdrukken?
A.
B.
C.
D. IEEE 3009 ANSI 32.9-2006 ANSI Y14.5M-2009 ASME 14.3M