Als je met kinderen in huis zit, probeer dan een klassieke schattenjacht of speurtocht die leuk is en ze in beweging krijgt. Maak een aanwijzing om een plaats of voorwerp te vinden, en laat dan op die plek een andere aanwijzing wachten. Die aanwijzing leidt naar de volgende plek, enzovoort. Leg op de eindbestemming een schat, zoals een speeltje of een traktatie. Deze zelfgestuurde activiteit stelt het kind in staat om een taak alleen te volbrengen (of samen te werken als het met anderen speelt). Tegelijkertijd leert het kind over opeenvolging, wat het belang is van het volgen van stappen in volgorde.

Voordat u begint

Er zijn verschillende soorten speurtochten: speurtochten binnenshuis, speurtochten in de achtertuin of in de buurt, of een speurtocht met foto’s. Afhankelijk van de leeftijd van het kind kunt u de speurtocht complexer en uitgebreider maken. Bepaal welk type speurtocht het best bij u en uw kind past. Maak aanwijzingen of print ze uit.

Stel een aantal basisregels op. Anticipeer erop dat het kind opgewonden zal zijn om te beginnen. Regel één: Niet rennen. Als er meer dan één kind meespeelt, vormen ze een team. De tweede regel is om de beurt de aanwijzingen te lezen.

Houd uw kinderen bezig met deze leuke speurtochten

Kant-en-klare aanwijzingen voor een speurtocht

De speurtocht moet een training voor de hersenen zijn met hints die wat denkwerk vereisen. Rijmende aanwijzingen hebben ingebouwde aantrekkingskracht voor kinderen. Je kunt een versie voor kleuters maken met plaatjes die je tekent of afdrukt met de computer. Kijk eens naar deze kant-en-klare lijst met aanwijzingen over gewone voorwerpen binnenshuis. De antwoordsleutel volgt.

  1. Ik heb vier poten, maar geen voeten.
    Ik kom van pas als het tijd is om te eten.
  2. Mijn taak is om een eind aan de slaap te maken,
    wat ik doe met muziek, een zoem, of een piep.
  3. Voor snel verwarmen of koken ben ik top.
    En, oh, die lekkere geur als mijn popcorn knalt!
  4. Ik zit echt vol dozen en blikken.
    Ik mag een bezem vasthouden of een dweil of een stoffer.
  5. Meel en suiker en koffie en thee,
    Ik hou deze bij de hand, maar moeilijk te zien.
  6. Ik kan je naar plaatsen brengen die je nog nooit hebt gezien,
    Maar typ eerst je wachtwoord in op mijn scherm.
  7. Ik ben geladen en gelost, maar ik ben geen vrachtwagen.
    Het hebben van een helper zoals ik is een groot stuk geluk.
  8. Ik regen op je als je een schrobbeurt nodig hebt.
    Ik lijk erg op mijn vriend de badkuip.
  9. Ik maak het mogelijk om vers voedsel te hebben.
    Iedereen is het erover eens dat ik een coole kerel ben.
  10. Kijken naar je favorieten is erg leuk.
    Maar kijk niet te veel! Kinderen moeten rennen.
  11. Ik word nooit boos, maar ik krijg het wel warm.
    Ik ben de perfecte plek voor een pan of een pot.
  12. Het is mijn taak om al je kleren een tuimelbeurt te geven,
    wat ik doe terwijl ik een beetje gerommel maak.
  13. Ik heb een ronde knop en ook een slot.
    Bezoekers en verkopers mogen me aankloppen.
  14. Ik ben een deel stoel en een deel bed.
    Omhoog met je voeten en omlaag met je hoofd.
  15. Ik laat je kleren een hele toer maken.
    Maar eerst, worden ze nat. Zo begin ik.
  16. Ik ben gevuld met veren of ander zacht pluis.
    Slapen zonder mij kan best zwaar zijn.
  17. Doe me aan, en ik geef je een lichtje.
    Ik word overdag wel eens gebruikt, maar meestal ’s nachts.
  18. Een verhaal, zegt men, kan je meenemen,
    maar een boek heeft toch een plaats nodig om te verblijven.
  19. Ik heb lades en ook een mooi plat blad.
    Voor huiswerk ben ik behulpzaam- doorwerken, niet stoppen!
  20. Ik heb honger! Ik heb honger! Geef me een plakje.
    Ik spuug het bruin en mooi uit.
  21. Ik ben geen selfie, maar ik laat wel gezichten zien.
    Vind me in badkamers en een paar andere plaatsen.
  22. Volwassenen komen hier als ze voor het eerst wakker worden
    En op andere momenten als ze een pauze nodig hebben.
  23. Bijna elke dag, stap je op me.
    Alles wat ik vraag is een buiging van je knie.
  24. Ik ga rond en rond en krijg het erg warm.
    In grotere gezinnen wordt ik nogal eens gebruikt.
  25. Ik ben papier, maar ik word niet gebruikt om een brief te schrijven.
    De plek bij je potje past me veel beter!
  26. Ik heb handen maar geen armen en ook een gezicht.
    En mijn handen bewegen altijd in hetzelfde vaste tempo.
  27. Ik heb dan wel ogen, maar ik kan echt niet zien.
    Mensen houden ervan om patat van me te maken.
  28. Hoe meer ik droog, hoe natter ik word.
    Een kleintje kun je gebruiken om zweet op te zuigen.
  29. Ik bewaar alle woorden die je moet kennen.
    Gebruik me om je vocabulaire te laten groeien.
  30. Ik ben nooit boosaardig, maar ik heb wel een pit.
    Ik kom in alle maten, van mager tot dik.

Antwoorden: 1. Keuken of eettafel, 2. Wekker, 3. Magnetron, 4. Bijkeuken, 5. Keukenblikken, 6. Computer, 7. Afwasmachine, 8. Douche, 9. Koelkast, 10. Televisie, 11. Keukenfornuis, 12. Wasdroger, 13. Voordeur, 14. Relaxfauteuil, 15. Wasmachine, 16. Bedkussen, 17. Lamp, 18. Boekenplank, 19. Bureau, 20. Broodrooster, 21. Spiegel, 22. Koffiezetapparaat, 23. Trap, 24. Garderobedroger, 25. Toiletpapier, 26. Klok, 27. Aardappel, 28. Handdoek, 29. Woordenboek, 30. Kaars

Je kunt deze lijst aanpassen om er voorwerpen in op te nemen die specifiek zijn voor jouw huis. Als uw huis meer dan één van deze voorwerpen heeft, kan het zijn dat de kinderen op meer dan één plek moeten kijken voordat ze de volgende aanwijzing vinden. Als de aanwijzingen dubbelzinnig zijn, kan het spel langer duren, krijgen de kinderen meer beweging en wordt het nog leuker.

Om de speurtocht uitdagender te maken, kunt u aan elk voorwerp een puntwaarde toekennen die gebaseerd is op hoe moeilijk het is om het te vinden. Vooral kinderen tussen twee jaar en kleinkinderen vinden dit soort speurtochten leuk.

The Spruce / Michelle Becker

Buitenspeurtochten

Wanneer het mooi weer is, trakteer je de kinderen of kleinkinderen op een schattenjacht in de open lucht. Net als bij de schattenjacht binnenshuis, kun je met aanwijzingen voorwerpen of locaties in de tuin of buiten het huis aanwijzen.

Als het kind deze activiteit buiten doet of oud genoeg is om een speurtocht in de buurt te doen, zorg er dan voor dat het verkeer geen probleem is. Overweeg een omheind park als veilige locatie.

The Spruce / Michelle Becker

Photo Treasure Hunts

Speurtochten met camera’s zijn een leuke manier om technologie in de mix te integreren. Kinderen gebruiken graag apparaten om hun dagelijkse ervaringen te verrijken. Er zijn twee manieren om dit te doen. Je kunt “foto aanwijzingen” gebruiken en foto’s maken van vreemde hoekjes en gaatjes in je huis. Print de foto’s uit en plaats ze als aanknopingspunt, zodat het kind de volgende plek kan vinden.

Kinderen kunnen een speurtocht met alleen foto’s waarderen, die geschikt is voor degenen die oud genoeg zijn om digitale camera’s of smartphones te gebruiken. In dit scenario zal het kind de foto’s nemen. Maak een lijst van voorwerpen in huis of buiten en vraag hen om een foto van dat voorwerp te maken. Geef het kind een bepaalde tijd om het voorwerp te vinden en de foto te nemen. Het kind kan in een team of alleen werken.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.