Costa Rica is treffend genoemd als de “Rijke Kust”. De unieke geologische en biologische omstandigheden die in de landengte tussen Noord- en Zuid-Amerika zijn ontstaan, leveren botanische en dierlijke wonderen op die nergens anders op aarde te vinden zijn.
Costa Rica vormt een minuscuul kruispunt tussen twee continenten en twee oceanen. Deze unieke geografische situatie vormt een natuurlijk knelpunt van biodiversiteit en geografische extremen. Moeder natuur heeft een verbijsterende vijf procent van de biodiversiteit van de wereld in dit kleine land geperst, ongeveer ter grootte van Denemarken. Meer dan achthonderd soorten varens, duizend verschillende soorten orchideeën, tweeduizend soorten bomen en tweehonderd soorten zoogdieren worden in Costa Rica gevonden. En insecten! De insectendiversiteit van Costa Rica zou elke entomoloog doen blozen van opwinding. Met meer dan duizend soorten vlinders geïdentificeerd in Costa Rica, is het land de thuisbasis van een volle tien procent van de diversiteit van alle vlinders ter wereld.
Er zijn vijf belangrijke geografische gebieden in Costa Rica, de tropische laaglanden (Pacifische en Caribische kust), het noorden centrale vlaktes, de centrale vallei, en het noordwesten schiereiland. De politieke indeling bestaat uit zeven provincies: Guanacaste, Alajuela, Heredia, Limon, Cartago, San José en Puntarenas. Bijna alle provincies omvatten rivieren, bergen, valleien en vulkanen.
De temperatuur varieert voornamelijk volgens de hoogte, waarbij hoger gelegen gebieden koelere temperaturen ontvangen, met zeer weinig temperatuurextremen in een deel van Costa Rica. Het regenseizoen duurt over het algemeen van mei tot november, en het droge seizoen van februari tot april. Costa Rica’s regen valt voornamelijk op de Caribische kust, waardoor de Pacific een veel meer droog klimaat heeft.
Als kustvlakte, gescheiden door zeer ruig en dramatisch oud vulkanisch gebergte, wordt het land gesplitst door deze bergachtige ruggengraat gevormd door de Cordillera Central en de Cordillera de Talamanca bergketens die de Pacific en Caribische waterscheidingen vormen. Costa Rica heeft havens aan zowel de Caraïbische als de Pacifische kant, gescheiden door 153 mijl aan soms moeizame, soms zenuwslopende snelwegritten. De ruggengraat, bestaande uit zestig slapende of gedoofde vulkanen en zes actieve vulkanen, brengt verschillende grote riviersystemen voort. Afvoerend naar de Caribische kant zijn Costa Rica’s meest krachtige rivieren, de Colorado, Pacuare, Parismina, Reventazon, en de Sixaola. De Coribici, Tenorio, en talrijke andere zijrivieren die uitmonden in het grote bekken van de Tempisque bij de Golf van Nicoya, evenals de nogal vervuilde rivier Tarcoles die ook in de Stille Oceaan uitmondt, kronkelen op een minder dramatische manier door de vlakten van de Stille Oceaan. Penas Blancas begint in het Monteverde gebied en stroomt westwaarts, en verder zuidwaarts richting Manuel Antonio liggen de Savegre, Naranjo, en Tres Damas riviermonding. Stromend in de massieve San Juan aan de noordelijke grens met Nicaragua zijn de San Carlos, Rio Frio, en de Medio Queso.
Vertaal: Spaans