De Noord-Atlantische Stroming (NAC), ook bekend als Noord-Atlantische Drift en Noord-Atlantische Zeebeweging, is een krachtige warme westelijke grensstroming in de Atlantische Oceaan die de Golfstroom noordoostwaarts uitbreidt.
De NAC ontstaat daar waar de Golfstroom naar het noorden draait bij de Southeast Newfoundland Rise, een onderzeese bergrug die zich zuidoostwaarts uitstrekt vanaf de Grand Banks van Newfoundland. De NAC stroomt noordwaarts ten oosten van de Grand Banks, van 40°NB tot 51°NB, alvorens scherp naar het oosten af te buigen om de Atlantische Oceaan over te steken. Hij transporteert meer warm tropisch water naar noordelijke breedtegraden dan enige andere grensstroom; meer dan 40 Sv in het zuiden en 20 Sv wanneer hij de Mid-Atlantische Rug oversteekt. Hij bereikt snelheden van 2 knopen nabij de Noord-Amerikaanse kust. Geleid door de topografie meandert de NAC hevig, maar in tegenstelling tot de meanders van de Golfstroom, blijven de meanders van de NAC stabiel zonder in wervels af te breken.
De koudere delen van de Golfstroom draaien noordwaarts nabij de “staart” van de Grand Banks op 50°WL waar de Azorenstroom aftakt om ten zuiden van de Azoren te stromen. Van daaruit stroomt de NAC noordoostwaarts, ten oosten van de Vlaamse Kap (47°N, 45°W). Wanneer hij de Mid-Atlantische Rug nadert, draait hij naar het oosten en wordt veel breder en diffuser. Hij splitst zich dan in een koudere noordoostelijke tak en een warmere oostelijke tak. Terwijl de warmere tak naar het zuiden draait, wordt het grootste deel van de subtropische component van de Golfstroom naar het zuiden afgeleid, en als gevolg daarvan wordt de Noord-Atlantische Oceaan voornamelijk gevoed door subpolaire wateren, inclusief een bijdrage van de Labrador-stroom die in de NAC bij 45° noorderbreedte recirculeert.
Ten westen van het Europese vasteland splitst hij zich in twee grote takken. De ene tak gaat zuidoostwaarts en wordt de Canarische Stroom als hij noordwest Afrika passeert en naar het zuidwesten draait. De andere grote tak gaat verder noordwaarts langs de kust van Noordwest-Europa. Andere takken zijn de Irmingerstroom en de Noorse Stroom. Aangedreven door de wereldwijde thermohaliene circulatie maakt de Noord-Atlantische Stroom deel uit van de door de wind aangedreven Golfstroom, die vanaf de Noord-Amerikaanse kust verder oostwaarts en noordwaarts over de Atlantische Oceaan en in de Noordelijke IJszee gaat.
De Noord-Atlantische Stroom heeft samen met de Golfstroom al lang de reputatie een aanzienlijke opwarmende invloed te hebben op het Europese klimaat. De voornaamste oorzaak van de verschillen in winterklimaat tussen Noord-Amerika en Europa lijkt echter veeleer te liggen in de winden dan in de oceaanstromingen (hoewel de stromingen wel invloed uitoefenen op zeer hoge breedtegraden door de vorming van zee-ijs tegen te gaan).