Perziken en nectarines zijn de kusneefjes van de zomer. Ze zijn zelfs zo nauw verwant dat af en toe een perzikboom nectarines zal dragen en omgekeerd. In wezen komt het verschil tussen de twee vruchten neer op pluis (botanici noemen het pubescence). Perziken hebben dat, nectarines niet. Er kan ook een klein verschil in smaak zijn. Perziken hebben een meer muskusachtige smaak, terwijl nectarines eerder een licht citroenachtige noot hebben.
Hoe te kiezen: Het is belangrijk om op de kleur te letten — niet de rode blos, die nietszeggend is, maar de achtergrondkleur, vooral rond de steel. Als u wat groen ziet, betekent dit dat de vrucht nog niet rijp is. Laat de vrucht echter een dag of twee op kamertemperatuur liggen, dan is ze prima rijp (leg een perzik of nectarine pas in de koelkast als ze helemaal rijp is). Let ook op de kwaliteit van de achtergrondkleur. De meeste perziken en nectarines zijn romig geel; zoek naar exemplaren die oranje-achtig goud opgloeien, die zijn het zoetst en hebben de beste smaak.
Hoe te bewaren: Perziken en nectarines zullen blijven rijpen nadat ze zijn geoogst als je ze op kamertemperatuur laat. Ze mogen nooit in de koelkast worden bewaard tot ze volledig rijp zijn. Eerder koelen resulteert in melig en smaakloos fruit.
Hoe te bereiden: Perziken moeten voor het koken worden geschild om te voorkomen dat er losse stukjes in het gerecht zweven, maar dat geldt niet voor nectarines. Om een perzik te schillen, snijdt u een ondiep kruis in het bloesemuiteinde en legt u de vrucht in kokend water tot u ziet dat de schil loslaat op de plaats waar u hebt gesneden. Afhankelijk van de rijpheid van de perzik kan dit vijf seconden tot een minuut duren. Neem de perzik met een schuimspaan uit de pan en leg hem onmiddellijk in een bad met ijswater om het koken te stoppen. De schil moet er net afglijden; als dat niet het geval is, breng de vrucht dan kort terug naar het kokende water.