Drempel van 750 euro in 2021 en 2020

Er is een bedrag dat wordt gedefinieerd als de eigen aansprakelijkheid van de individuele belastingplichtige, d.w.z. de drempel wanneer de aftrek in werking treedt. De eigen-lastendrempel voor woon-werkverkeer en reiskosten bedraagt 750 euro in 2021 (en 2020). De maximaal toe te kennen aftrek bedraagt € 7.000. Dit betekent dat u de maximale aftrek krijgt als u in de loop van het jaar € 7.750 aan reis- of woon-werkverkeer hebt betaald (€ 7.750 was ook in 2019 de maximale kostenpost). U moet de volledige kosten opgeven: met andere woorden, de €750 die u als uw eigen aansprakelijkheid moet beschouwen, moet worden opgenomen in de kosten die u declareert. Trek het er niet van af.

Als u in de loop van het jaar een periode van werkloosheid hebt gehad, wordt de drempel naar beneden bijgesteld. Als u werkloos bent, is de drempel lager: elke volle maand waarin u een werkloosheidsuitkering hebt ontvangen (= 21,5 dagen), verlaagt de drempel met 70 euro. De laagst mogelijke drempel is echter 140 euro. De belastingadministratie berekent de aftrek die aan werklozen wordt gegeven: dat betekent dat u ook in dit geval dat bedrag niet van de uitgaven mag aftrekken.

U kunt niet de hele som van de reis- en verblijfskosten voor woon-werkverkeer naar uzelf

Verplaatsingskosten (reiskosten) verminderen uw belastbaar beroepsinkomen voor het jaar. Ze verlagen dus niet uw belastingen. In plaats daarvan verminderen ze uw inkomen.

Als uw totale uitgaven bijvoorbeeld € 4.400 bedragen, betekent dat niet dat u € 4.400 terugkrijgt als belasting. Het betekent alleen dat uw belastbaar inkomen wordt verminderd met de aanvaarde aftrek. U kunt schatten hoeveel het wordt verminderd door de aftrek te vermenigvuldigen met uw inhoudingspercentage.

Voorbeeld: Markku verdient €40.000 per jaar. Als hij geen andere aftrekposten had dan die welke de belastingdienst automatisch toekent aan alle belastingplichtigen die inkomsten verwerven, zou zijn belastingtarief 25% bedragen en zou hij elk jaar 25% × €40.000 = €10.000 aan inkomstenbelasting betalen.
Zijn reiskosten voor woon-werkverkeer bedragen echter €4.400, gecorrigeerd met €750 aan eigen aansprakelijkheid, wat resulteert in €3.650 aan aftrekbare reiskosten voor woon-werkverkeer. Zijn netto belastbaar inkomen uit arbeid bedraagt 36.350 euro (40.000 euro min 3.650 euro). Zijn belastingtarief is nu 21% en hij betaalt 21% × €40.000 = €8.400 aan inkomstenbelasting.
Dus verminderde Markku’s €4.400 aan kosten voor woon-werkverkeer zijn inkomstenbelasting met €1.600 (€10.000 minus €8.400). Als hij vooraf een schatting had willen maken, had hij de aftrekbare kosten kunnen vermenigvuldigen met het percentage dat op de belastingkaart staat als het bijtellingspercentage (lisäprosentti; tilläggsprocent), dat op zijn belastingkaart 42% bedraagt (42% × € 3.650 = € 1.533).

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.