Wat is een echte geit? Om als een echte geit te worden beschouwd, moet een dier tot het geslacht Capra behoren. Tot die groep behoren gedomesticeerde geiten, wilde geiten en steenbokken (Europese berggeiten). De Noord-Amerikaanse berggeiten zijn echter de enige soorten van het geslacht Oreamnos. Toch geeft de vertaling van de Latijnse geslachtsnaam ons niet veel aanwijzingen over het verschil tussen berggeiten en echte geiten. Oreamnos betekent letterlijk “berglam”, wat eveneens een verkeerde voorstelling van zaken geeft, aangezien de geiten ook geen schapensoort zijn.

Als je de definitie van berggeit opzoekt, vind je meestal het woord “geitachtig” in de tekst. Andere beschrijvingen verwijzen naar hen als genetische kruisingen tussen echte geiten en antilopen, of geit-antilopen. Moleculaire studies hebben echter ook berggeiten in verband gebracht met muskusossen. Hoogstwaarschijnlijk hebben berggeiten een gemeenschappelijke voorouder met echte geiten en schapen.

Aanbeveling

Anatomisch verschillen geiten en berggeiten niet zo veel van elkaar. In feite moet je vrij diep graven om het primaire onderscheid tussen de twee dieren te ontdekken. Voor berggeiten en echte geiten, komt het neer op botten. Ten eerste hebben berggeiten een dunnere, lichtere schedel dan echte geiten. Ook hun hoorns, die gemaakt zijn van keratine-eiwit, hebben een andere vorm. De hoorns van berggeiten zijn korter, slanker en puntiger dan die van echte geiten en buigen iets naar achteren naar hun kop toe. Mannelijke berggeiten profiteren van de relatief kleinere hoorns. In de lente, wanneer de mannetjes in bronst zijn (of in de paartijd), vechten ze niet zo agressief om de vrouwtjes te winnen. Om die reden zouden grotere hoorns onnodig zijn, hoewel berggeiten met hun hoorns nog steeds enige schade kunnen toebrengen aan concurrerende geiten.

Zij delen die skeletkenmerken met een stam, of groep, van rundersoorten die rupicapriden worden genoemd. Rupicapriden zijn een subgroep van de dierenfamilie Caprinae, die ossen, schapen en echte geiten omvat. Berggeiten zijn de enige rupicapriden in Noord-Amerika. Hun voorgangers staken 40.000 jaar geleden vanuit Azië de Beringia-landbrug over. De stam bestaat uit vijf soorten: de goraal, de serow, de Japanse serow, de gems en de berggeit. Ze zien er allemaal verschillend uit, met uitzondering van de kenmerkende hoorns, hierboven beschreven.

De naam van de berggeit is niet helemaal mis – vooral wanneer men hem vergelijkt met die van het zeepaardje. Wetenschappelijk gezien, slaagt het niet voor de nauwkeurigheidstest. Maar het is in ieder geval familie.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.