Lactose is een disacharide die bestaat uit ß-D-galactose- en ß-D-glucosemoleculen die via een ß1-4-glycosidebinding aan elkaar zijn gebonden. Lactose maakt ongeveer 2-8% uit van de vaste stof in melk. De naam komt van het Latijnse woord voor melk, plus de uitgang -ose die gebruikt wordt om suikers te benoemen. De empirische formule is C12H22O11 en het molecuulgewicht is 342,3 g/mol.

Vertering van lactose

Zoogdieren die nog geboren zijn, krijgen melk van hun moeder. Om lactose te verteren wordt door de darmvlokken een enzym afgescheiden, lactase genaamd (ß1-4 disaccharidase), dat het molecuul in twee subeenheden splitst en opneemt. Aangezien lactose vooral in melk voorkomt, stopt bij de meeste soorten de productie van lactase geleidelijk naarmate zij volgroeid raken, en zij zijn dan niet meer in staat lactose te metaboliseren. Dit verlies van lactase bij het volgroeien is ook het standaardpatroon bij de meeste volwassen mensen. Veel mensen met voorouders in Europa, het Midden-Oosten, India en de Maasai in Oost-Afrika hebben echter een versie van het gen voor lactase dat niet wordt uitgeschakeld na de kindertijd, en in veel van deze culturen worden andere zoogdieren zoals runderen, geiten en schapen gemolken voor voedsel. Dit feit kan twijfel doen rijzen over sommige argumenten van voorstanders van het Paleolithische dieet, die aanvoeren dat de menselijke stofwisselingsbehoeften sinds de laatste ijstijd niet zijn veranderd. Het proces van het behouden van zuigelingenkenmerken tot in de volwassenheid is een van de eenvoudigste routes van aanpassing, en staat bekend als neotenie.

Wat is lactose-intolerantie?

Lactose-intolerantie is het onvermogen om grote hoeveelheden lactose, de belangrijkste suiker in melk, te verteren. Lactose-intolerantie wordt veroorzaakt door een tekort aan het enzym lactase, dat wordt aangemaakt door de cellen in de dunne darm. Lactase breekt melksuiker af in twee eenvoudigere vormen van suiker, glucose en galactose, die vervolgens in de bloedbaan worden opgenomen. Niet alle mensen met een tekort aan lactase hebben de symptomen die gewoonlijk worden geassocieerd met lactose-intolerantie, maar van degenen die dat wel hebben wordt gezegd dat ze lactose-intolerantie hebben.

Mensen verwarren soms lactose-intolerantie met koemelk-intolerantie omdat de symptomen vaak hetzelfde zijn. Lactose-intolerantie en koemelkintolerantie zijn echter niet verwant. Intolerantie voor koemelk is een allergische reactie die wordt uitgelokt door het immuunsysteem. Lactose-intolerantie is een probleem dat wordt veroorzaakt door het spijsverteringsstelsel.

Voor meer over lactose-intolerantie: Zie Lactose-intolerantie

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.