Informatieve noot: Naast thorn, eth, en ash werden er in het Oud-Engels nog een paar manuscriptletters gebruikt die niet bekend zijn bij moderne Engelssprekenden. Een letter genaamd “yogh” (de naam wordt zo uitgesproken dat het rijmt op het Schotse woord “loch”) wordt uitgesproken als het moderne Engels “y” of “g”, afhankelijk van het woord waarin het voorkomt; het wordt geschreven als een cursieve “z” of “g”.

Een letter die lijkt op het moderne Engels “p,” genaamd “wynn,” wordt uitgesproken als het moderne Engels “w.”

“Tyronian Note” is een veelgebruikte middeleeuwse afkorting voor “en.” De letter lijkt op het cijfer zeven laag op de lijn gezet. Een paar edities van Angelsaksische teksten gebruiken Tyronian Note, maar de meeste breiden de afkorting uit tot “and” of “ond.

Weliswaar komen yogh en wynn voor in Oud-Engelse manuscripten, maar moderne redacteuren vervangen ze door hun Modern-Engelse equivalenten, terwijl ze “thorn,” “eth,” en “ash” op hun plaats laten. De redenen voor deze inconsistentie hebben te maken met de vroege geschiedenis van de Angelsaksische studies en de voorkeuren van de redacteuren die de eerste gedrukte edities maakten. Als je besluit paleografie te leren, de studie van het oude schrift, of direct te werken met Angelsaksische manuscripten of facsimile’s, zul je “yogh”, “wynn” en ook speciale vormen van de letters “s,” “r,” en “f” moeten leren herkennen. Maar de meeste Oud-Engelse teksten zijn zo bewerkt dat de enige onbekende letters “thorn,” “eth,” en “ash” zijn.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.